Daisy en Miralda mochten jarenlang een uniek team vormen, en sierden de portfolio’s van vele fotografen. Door het zand van de Soesterduinen, in het bos, op de heide, of in zee: niets was dit stel te gek. Hun band was ongelooflijk sterk – geen zadel, geen hoofdstel, geen Photoshop. Waar Daisy ging, ging Miralda. In alle vrijheid, loslopend over het strand, of in galop zonder zadel, het was ongelooflijk. Alle keren dat ik ze vast mocht leggen, genoot ik ervan om ze samen te zien.
Maar de laatste keer was het anders. De laatste keer was Miralda ziek, heel erg ziek. Daisy stelde de vraag of ik er tot op het laatst wilde zijn, om het afscheid in beeld te brengen. Een seconde twijfel: wil ik dat, kan ik dat? Maar tegelijkertijd was er geen twijfel over mogelijk, want als dit kon helpen met het verwerken, als ik er op deze manier voor Daisy kon zijn, ja. Dan wilde ik dat. En toen de dag daar was, was er verdriet. En er was onmacht. Er was de onbreekbare twee-eenheid Daisy en Miralda… ineens zo breekbaar. Maar bovenal was er liefde, die tussen mens en dier. En ook was er de hechte band tussen vader en dochter, die ineens zó mooi zichtbaar werd. Het afscheid was het meest pijnlijke maar ook het meest pure moment dat ik ooit op de foto mocht vastleggen.